- inrijden
- {{inrijden}}{{/term}}I 〈onovergankelijk werkwoord〉1 [naar binnen rijden] ride in(to); 〈auto〉 drive in(to)2 [rijdend raken] run/drive into ⇒ collide (with)♦voorbeelden:1 hij reed de straat in • he turned into the street2 de auto's reden op elkaar in • the cars ran into each otherII 〈overgankelijk werkwoord〉1 [rijdend binnenbrengen] ride in(to); 〈auto〉 drive in(to)2 [geschikt maken voor gebruik] 〈auto〉 run in; 〈paard, schaatsen〉 break in♦voorbeelden:2 ik ben hem nog aan het inrijden • I'm still running (it) in
Van Dale Handwoordenboek Nederlands-Engels. 2015.